De verboden stad in China

Een deel van Peking bestaat uit de verboden stad, oftewel het keizerlijk paleis. De bouw van deze stad vond plaats tijdens de Ming Dinasty tussen 1406 en 1420. Er hebben een miljoen arbeiders meegewerkt aan de bouw, waaronder vele kunstenaars. De stad werd 5 eeuwen lang gebruikt als keizerlijk paleis waarin de laatste keizer tot 1912 heeft geregeerd. De verboden stad werd zo hoog mogelijk gebouwd, zodat de inwoners omhoog moesten kijken naar de keizer. Er was geen oogcontact mogelijk tussen de inwoners en de keizer. Het oogcontact is ook een van de redenen dat de keizer rondgedragen werd in een stoel. De verboden stad was alleen toegankelijk voor de leden van de keizerlijke familie en de hofhouding. Het was geen pretje om voor de keizerlijke familie te werken, want de bedienden werden zeer slecht behandeld. De mannen werden bijvoorbeeld gecastreerd en kregen hun testikels pas terug als ze begraven werden.

De structuur van de stad

De verboden stad is 750 bij 960 meter groot en heeft een oppervlakte van 720.000 m². Om er zeker van te zijn dat er geen indringers de stad binnen komen, ligt er een brede, diepe gracht om de stad heen en staat daarlangs een 10 meter hoge muur. De totale omtrek van deze muur bedraagt 6 km. Doordat de onderkant een doorsnee had van 8,6 meter en de bovenkant van 6,6 kon er niemand de muur op klimmen. De muur was handgemaakt met plakkerige rijst en cement. Het cement bestond weer uit eiwitten en plakkerige rijst. Door deze materialen was de muur ijzersterk. Het hedendaagse bezoek komt de stad binnen via de zuidelijke poort. De keizer las vanaf deze poort de nieuwe kalender voor en inspecteerde de troepen. De belangrijkste gebouwen en zalen van de stad staan nog steeds langs de zuid-noordas. Tussen deze gebouwen in lagen pleinen die allemaal even groot waren. Wat vooral opvalt is de symmetrie en de harmonie in de bouwstijl. Dit verwijst namelijk naar het evenwicht tussen ying en yang.

In het zuidelijke gedeelte van de verboden stad werden diverse activiteiten uitgevoerd zoals de keizerlijke ceremoniën en de paleisexamens. In het noordelijke gedeelte woonde de keizer met zijn hofhouding. In dit gedeelte waren er de concubines, paleiswachten en eunuchen. Deze laatste groep waren de gecastreerde paleisbedienden. Om het paleis van de keizer heen lag de keizerlijke stad, die verboden was voor buitenstaanders. Hier kon je o.a. een bakkerij, naaiatelier, wapenzaal, stallen en een drukkerij vinden. Dit was allemaal nodig om de keizer met zijn gevolg zoveel mogelijk binnen de muren te houden, wat erg benauwend was. Wanneer iemand begon met werken als concubine of eunuch, was hij of zij nog op zeer jonge leeftijd.

Kleuren

Voor de verboden stad waren de kleuren erg belangrijk. De keizer heeft als kleur geel, dus veel van de stad werd in deze kleur aangeschaft. Van het servies tot de wandkleden, alles werd in het geel gekocht. Het enige wat niet geel was, was de koninklijke bibliotheek. Het dak was namelijk zwart en moest het water voorstellen wat het vuur kon doven. De muur was rood voor wat extra geluk. Ondanks deze kleuren werd de stad ook wel de paarse verboden stad genoemd. Niet omdat alles paars is, maar omdat de Hemelse Keizer zijn paleizen in de buurt van de North Star heeft staan. Het symbool hiervan is de kleur paars. Vraag gratis een offerte aan