Luxe vakantie in Marrakech
Marrakech: de stad van 1001-nacht, magisch, chaotisch... Slechts 3 woorden die deze bijzondere...
Bekijk verhaal
Bestemming:
A. Agadir
(Marokko)
Periode: februari 2016
Vervoer: vliegtuig, bus, taxi
Accommodatie: hotel
Organisatie: Transavia
En zo gingen wij op een koude februari dag met een koffertje vol luchtige zomerkleding naar een Marokkaanse stad waar ik nog niet eerder van had gehoord. Mijn lief wel, hij was daar al eens geweest en wilde kijken of er vooruitgang was ten opzichte van ruim twintig jaar geleden. Maar belangrijker nog, het was er nu bijna 25 graden en dat is toch wel prettig in Hollandse wintertijden.
Op Schiphol aangekomen was het een komen en gaan van passagiers, heerlijk om even deel uit te maken van zo’n internationale wereld. Na wat douaneperikelen waar onder andere een hobbymesje en een schroevendraaiertje in beslag werden genomen en waar ik natuurlijk weer de verkeerde beha droeg waardoor alle toeters en bellen afgingen, mochten we eindelijk doorlopen. Onze vlucht van Transavia ging via Marrakech. Het was enorm gezellig aan boord mede door een hele club jonge mensen die allemaal voor hetzelfde bedrijf werkten en een weekend Marrakech aangeboden hadden gekregen van de zaak. Waar vind je nog zo’n baas? Na de korte stop vlogen we door naar Agadir in een erg rustig toestel.
In Agadir begon het avontuur al meteen met de taxi. Een volle taxistandplaats en de eerste auto was voor ons. De chauffeur plaatste onze koffertjes in de kofferbak van zijn Mercedes en bond deze dicht met een touwtje. We keken elkaar aan en met opgetrokken wenkbrauwen gingen we de auto in. De deur achterin werd dichtgebonden. Ik zat op een kleed, de achterbank vertoonde wat gaten. Vriendlief ging voorin zitten waar hij een riant uitzicht had op de niet werkende snelheidsmeter evenals geen zijspiegels. Met gierende banden reden we richting ons hotel in het centrum van de stad. Als de chauffeur remde, schoten we nog meters door, zo slecht waren de banden. Na een dollemansrit arriveerden we dan toch heelhuids bij ons hotel.
Studiotel Afoud is centraal gelegen en op loopafstand van het strand. We hebben een prachtige, ruime kamer en een klein balkonnetje. Omdat we op de hoek zitten hebben we ook vanuit de kamer een mooi uitzicht over de stad. Helaas is er in de slaapruimte maar tien centimeter tussen muur en bed, aan beide kanten, dat was wel een beetje ‘onhandig’ zullen we maar zeggen. Nadat we even van de reis zijn bijgekomen en onze warmere kleding voor iets luchtigers hebben verwisseld, gaan we naar het restaurant beneden, nou ja, eigenlijk gewoon het terras. Bijzonder voor mij om begin februari, ’s avonds om half tien, nog buiten te kunnen eten. De chef is aardig en attent, soms wel eens een beetje té aardig, op het opdringerige af. Het diner smaakte ons buitengewoon goed, de tajine die ik had besteld was echt superlekker en de glazen water daarbij maakten het gemis van ons dagelijkse glas wijn, een beetje draaglijk. We wisten natuurlijk van te voren wel dat er geen alcohol geschonken werd maar de eerste avond is dat nog even wennen.
Na een goede nachtrust en een uitgebreid ontbijt, uiteraard op het terras, gaan we aan de wandel. Dat is toch de beste manier om de stad te verkennen. Na een half uurtje op het gemak lopen, zijn we bij de boulevard aangekomen. We wandelen langs het strand en gaan op een muurtje zitten, genietend van de zon. Al gauw blijkt dat heel aantrekkelijk te zijn voor de straatverkopers want net als irritant zoemende muggen, zijn ze niet weg te slaan bij ons. Steeds als er een weg is, komt de volgende al weer. De ene met de zonnebrillen is net een volgend slachtoffer aan het zoeken of zijn kompaan komt weer met mooie blouses. Het is wel een slimme verkoper, mijn lief zegt no, thanks maar de man zegt…it is for the lady, she decides! Jammer voor hem dat de lady ook nee zei. We besluiten een restaurantje te zoeken voor een koele dronk. Naast ons tafeltje zitten Duitse rokende dames en aan de andere kant, een prachtige dame, geheel in het wit gekleed, alleen haar mooie gezicht is zichtbaar. Naast haar een jongeman. Hoe anders dan bij ons, wij hebben altijd wat te kletsen, zitten zij stommetje te spelen. Ineens draait de jongeman zich om en vraagt of wij uit Nederland komen. We raken in gesprek. Hij woont in Leiden en werkt op Schiphol, is in Agadir voor zijn toekomstige vrouw, de mooie dame in het wit. Zij heeft haar inburgeringscursus al gedaan en ze komt over een tijdje naar Leiden. Jammer dat zij nog geen Nederlands spreekt, de vragen borrelen al in mij op. We proberen haar bij het gesprek te betrekken maar helaas, ze is en blijft een Marokkaanse. Dan wordt hun maaltijd gebracht en wij gaan weer verder wandelen.
Langzaamaan lopen we weer terug in de richting van ons hotel. Het valt ons op dat er weinig vrouwen zitten op de terrassen maar wel overal mannen. We strijken neer op een terrasje en bestellen een colaatje. Dat zit in een flesje en is wel veilig om te drinken, had ik gehoord. De mannen daar kijken mij bijna weg, misschien verbeeld ik me het ook wel, het voelt niet prettig en we besluiten snel verder te wandelen. We blijken in de buurt van het hotel te zijn en onze vermoeide voetjes willen graag rusten. We kopen een fles water en gaan lekker op ons eigen balkon van het uitzicht genieten. Beneden ons is het zwembad waar de meeuwen een heerlijke duik nemen. We kijken richting Kasba. Het leek gisteravond in het donker wel aardig dichtbij maar het blijkt toch nog een behoorlijke afstand met daglicht. We vermaken ons prima op het balkon, er is zoveel te zien. De vermoeide ezeltjes voor de vuilniskar, een mevrouw die netjes gekleed uit een Mercedes stapt maar na een verkleedpartijtje op straat, ineens als een bedelares op de stoep zit bij de luxe club achter het hotel. En dan het parkeerprobleem, hoogst vermakelijk om te zien hoe de mooiste en duurste auto’s gewoon op het trottoir geparkeerd worden en als ze er niet op een normale manier tussen kunnen, dan zetten ze de auto gewoon dwars neer. Ik kreeg spontaan Rome visioenen.
Na een poosje genoten te hebben van alle mooie en minder mooie taferelen die we zomaar voorgeschoteld kregen op ons balkon, gaan we weer even op stap. We lopen wat straatjes door en besluiten dan in een klein restaurantje wat te eten. De gegrilde kip ziet er smakelijk uit, er is wat verwarring over mijn menu maar uiteindelijk komt ook dat goed en hebben we beide een heerlijke maaltijd.
In Agadir rijden heel veel taxi’s die heel gemakkelijk te herkennen zijn maar die ook aan regels gebonden zijn. Het merk auto maakt niet uit maar ze zijn zonder uitzondering, allemaal oranje. Van een oude brik tot het laatste nieuwe model Seat, het rijdt er allemaal en ze brengen je allemaal op plaats van bestemming. Bovendien hanteren ze ook hun eigen prijzen. Voor een ritje van het hotel naar de soukh betaal je meer, veel meer zelfs, dan voor een ritje van de soukh naar het hotel. Bovendien zijn het ook nog handelaren die op je gemoed spelen, zou hij ons eerst niet naar de argan olie fabriek rijden? Dan krijgt hij bonnen om speelgoed te kopen voor zijn kinderen. Wij trapten daar niet in dus misschien hebben we die hogere prijs daaraan te danken. Op de terugtocht naar het hotel reden we terug in een nieuwere taxi met een zwijgzame chauffeur maar dan wel weer met een paar kogelgaatjes op de achterbank. O ja, nog een regel, ze mogen ook niet buiten de stad rijden, deze oranje taxi’s rijden alleen binnen de stadsgrenzen.
Agadir is een stad aan de westkust van Marokko. Op 29 februari 1960 werd de stad getroffen door een aardbeving. Door de ontstane branden werd een groot deel van de stad verwoest. 15000 mensen vonden de dood. Alleen een moskee, een bioscoop en de kasba bleven gespaard. Boven de ingang van de kasba prijkt nog steeds een opschrift in wit marmer: "Vreest God - ende Eert den Kooning. De stad werd herbouwd, de kasba is een ruïne. Weliswaar een hele drukke ruïne omdat je daar een heel mooi uitzicht over de stad hebt, heel fotogeniek. De kasba op zich valt tegen, gewoon een berg stenen binnen een muur. Buiten de muur staan de kamelen en de ezeltjes een beetje te dommelen in de warmte. Als ze geluk hebben tenminste, voor hetzelfde geld moeten ze met verwende toeristen op hun rug, een beetje rondwandelen of nog erger, geschopt en geslagen worden door hun bazen. Onze taxi wachtte op ons, vanzelfsprekend tegen betaling, het eerdere plan om de terugweg wandelend te doen, was geen optie. De chauffeur stopt aan het begin van de boulevard beneden, zo kwamen wij toch nog aan aardig wat stappen die dag.
We wilden ook wat van de omgeving zien en hebben een excursie gemaakt naar Taroudant. We werden met een mini busje opgehaald vanaf ons hotel met een heuse reisleider erbij die ons in redelijk verstaanbaar Engels van alles vertelde. Hij schakelde moeiteloos over van Engels en Duits naar de Franse taal. Even buiten de stad stopten we al bij een veld met de beroemde Argan bomen waar de geiten inklommen om de vruchten te eten. De vrucht is niet eetbaar voor een mens, wel voor een geit. De geiten eten de vrucht, maar laten de pit vallen, die wordt gebruikt voor het fabriceren van de Argan olie. Simpel een kwestie van pitten rapen dus.
Na deze stop reden we weer een kwartiertje voor een volgend evenement, een wandeling door een sinaasappelboomgaard. Ook leuk om te zien natuurlijk en een soort van paradijselijk gevoel als je zomaar een sinaasappel van de boom mag plukken om te eten.
Na deze twee stops komen we dan aan in Taroudant. Een aardig plaatsje met een mooie, moderne toegangsweg. We worden weer meegenomen door onze reisleider, eerst voor een wandeling door de soukh en het stadje zelf. Als vanzelf komen we dan weer uit bij een…Argan olie winkel. Na een kleine demonstratie hoe de noten gemalen worden en een proeverijtje van olie op wat brood, waarbij we van harte worden uitgenodigd om vooral wat te kopen van de beroemde olie, mogen we nog even zelf het stadje in voordat we weer verder gaan. Op een druk pleintje genieten we van alle bedrijvigheid daar. Het is lunchpauze en er wordt muziek gemaakt, een slangenbezweerder doet een poging om ons te vermaken. Een half uurtje later worden we weer terugverwacht bij onze bus voor het volgende deel van deze dagreis. Na een tochtje door een droog en dor gebied worden we bij een wat hoger gelegen restaurant afgezet voor de lunch. Na een overheerlijke maaltijd kregen we als dessert een schaal heerlijk zoete mandarijnen geserveerd. Onze Duitse medereiziger trok een gezicht alsof hij zure citroenen moest eten. Daarna moesten we weer naar beneden. Dat kon op twee manieren, lopend of per kameel. Wij kozen voor lopen maar het overgrote deel van ons gezelschap ging met het schip der woestijn naar beneden. Natuurlijk stopten we onderweg weer…er moest tenslotte geld worden verdiend met die toeristen. Nu bij een prachtige oase waar het groen welig tierde. Heel fijn om even uit die droge woestenij te zijn en te genieten van de koelte van het bladerdak boven ons. De tocht werd vervolgd, wij liepen op het grindpad, de anderen hesen zich weer op de kameel en zo sjokte ons gezelschap verder naar beneden. Daar aangekomen moest er voor de kameeltocht betaald worden en dat gaf enig geharrewar. Nadat deze betaling voltooid was, kwam ook de gids die ons had vergezeld ook even zijn hand ophouden. We hebben hem een ruime fooi gegeven want hij was het echt waard. Daarna was het echt weer richting Agadir. Natuurlijk werden onze reisleider en chauffeur ook goed bedacht met wat dirham en zo werden wij moe maar vol nieuwe indrukken bij ons hotel gebracht.
Diezelfde nacht sloeg de ziekte toe en bracht vriendlief de nacht door in de badkamer evenals de daaropvolgende dag. Even rust dus en lekker lezen op het balkon en een klein wandelingetje, echt vakantie dus. Gelukkig duurde dit maar eventjes en woensdag beleefden we ons volgende avontuur met een museumgids.
Het museum in Agadir, alleen daar al over zou ik dit hele verhaal vol kunnen schrijven. Toen alles weer een beetje beter was, maakten we een stadswandeling. We kwamen bij het museum en besloten de tentoonstelling te bekijken. De schilderijen waren mooi, moderne kunst op zijn Marokkaans. Daarna een heel interessante zaal met alles over de Berbercultuur. Heel interessant en we keken op ons gemak rond. Ineens, out of the blue stond er iemand naast ons die ons in gebrekkig Engels wat kwam vertellen. We werden in een sneltreinvaart rondgeleid, tijd voor vragen was er niet en achter ons ging het licht uit. Bij de trap aangekomen bleef de man staan en hield zijn hand op. We waren zo verbaasd dat we hem een handje kleingeld gaven. Hij controleerde wat hij gekregen had en hoewel ons Frans niet zo goed was, begrepen we toch wel dat hij het te weinig vond. Vriendlief gebaarde dat hij het nog eens wilde zien, griste al het muntgeld weer uit zijn hand, gebaarde naar mij en we renden de trap op, een verbaasde gids achterlatend. Jammer van de andere zalen die we graag hadden willen zien in het museum maar blij dat we weer buiten waren, vriendlief kan er zelfs nu nog een beetje boos over worden.
Gelukkig was deze ervaring niet representatief voor alle musea in Agadir. De volgende dag bezochten we een prachtige tuin met daarbij een klein museum over de aardbeving in 1961. Er was wel iemand aanwezig om de deur open te doen maar verder konden we gewoon overal rondwandelen in de tuin. Dit parkje stond vol met prachtige poorten en muurtjes, uit de verte leek het niet riet, dichterbij gekomen waren het kunstig gestapelde stenen. Prachtig om te zien. Op weg daar naar toe was er nog een oudere man die het nodig vond om mij te laten schrikken door mij ineens bij mijn arm te grijpen en me te vertellen dat we echt de Argan olie fabriek moesten bezoeken. Natuurlijk wilde hij weten waar we vandaan kwamen en daar kwamen ze weer, die befaamde woorden: allemachtig prachtig, achthonderdachtentachtig. Grappig maar na een weekje Agadir hadden we het al iets te vaak gehoord.
De volgende dag, vrijdag 12 februari was de laatste dag van onze vakantie. We hebben deze dag doorgebracht in de stad en op het terras. Op het terras van ons hotel was een komen en gaan van bezoekers, van dames in boerka tot echt heel deftig geklede dames. Van vrouwen voor wie de man bestelde tot een dame die een afspraak had met een aantal mannen die alleen maar naar haar luisterden zonder weinig eigen inbreng. Helaas spraken ze alleen maar Frans en kon ik het niet echt volgen. Als ik ooit nog eens terugga naar dit prachtige land, ga ik van tevoren zeker mijn Frans weer oefenen, dat maakt het net wat makkelijker om de mensen te begrijpen.
De taxi die we voor de terugweg hadden was een van de betere en met een heel aardige chauffeur die Engels sprak. Een verademing ten opzichte van de heenreis. Op het vliegveld zelf was alles heel relaxed en was er totaal geen sprake van strenge veiligheidseisen.
We hebben genoten van deze vakantie, Agadir is een moderne stad met heel veel bouwprojecten aan de rand van de stad, leuke winkels en restaurantjes. De boulevard is prachtig aangelegd. Een aanrader voor een leuke week, aangename temperatuur in februari, aardig en behulpzaam personeel in ons hotel. Een aanrader!
Geschreven door Coby Dorst